Met de resten van witvis kun je een heerlijke visbouillon maken, maar als verfijnde basis voor bijvoorbeeld kreeftensoep vind ik deze versie met garnalen(koppen) het lekkerst.
Vraag het aan
Wat heb je nodig....
500 g rauwe ongepelde grote garnalen (gamba's bijvoorbeeld)
1 ui
1 winterwortel
25 g (room)boter of bakolijfolie
1 l warm water
½ citroen
½ prei
1 laurierblaadje
5 witte peperkorrels
2 theelepel dille topjes
½ bosje peterselie
1 stengel bleekselderij
Wat gaan we doen....
1
De garnalen afspoelen onder koud stromend water
2
Hak de wortel, uien, prei en bleekselderij grof.
3
Verwarm de boter in een grote soep- of braadpan, en bak de groeten en garnalen 5 minuten op middelhoog vuur.
4
Voeg het warme water en de citroensap toe en roer de peper, dille en peterselie erdoor. Breng aan de kook en laat maximaal 40 minuten op laag vuur pruttelen. Haal voor een heldere bouillon het eventuele schuim dat komt bovendrijven weg met een schuimspaan. Een visbouillon mag niet te lang trekken, anders krijgt het een bittere bijsmaak.
5
Zeef de bouillon. De groenten en garnalen worden niet meer gebruikt. Doe ermee wat je wil, maar de smaak is er wel af en zit nu in de bouillon.
6
Desgewenst kan de bouillon nu nog verder ingekookt worden.
7
Laat afkoelen en/of gebruik direct als basis voor bijvoorbeeld kreeftensoep of bouillabaisse. De visbouillon kan 2-3 dagen afgedekt in de koelkast bewaard worden of langer worden ingevroren.
